28 maart 2011

Serie


















Het Volkskrant magazine heeft elke week een pagina met ingezonden foto's van lezers. Op zaterdag maakt de redactie het onderwerp van de week bekend, lezers moeten dan voor maandagmiddag hun bijdrage mailen. Begin februari heb ik meegedaan in de categorie 'wat staat er bij u op de trap'.

Bij ons zijn dat drie beeldjes: een houtgesneden meisje uit Noord-Italië (gekregen van een nicht van mijn moeder die in Los Angeles woont, maar die jaren geleden op een reis door Europa ook bij ons op bezoek kwam), een Madonna van Malta met weer voorspellende gaven en een Maria van Madeira.

We hebben ons voorgenomen een aanvulling op dit drietal te zoeken. Wel op vakantie, dat is de ongeschreven regel. Afgelopen weekeinde waren we in Triër, een stad met veel heiligenbeelden in nissen, gevels en kerken. Maar geen winkel of stalletje waar we een vierde heilige vonden voor onze trap. Ook het dorp Kordel - met deze Mariagrotte - bood geen soelaas. Voorlopig blijft het dus bij een trio.


















(het trio dat het Volkskrant magazine haalde)

24 maart 2011

Schrik










Vorige week - tijdens een wandeling met de hond - schrok ik me een hoedje. Tussen de bomen lag een paar gymschoenen, waar nog sokken en blote benen in staken. Eerst vermoedde ik dat een hardloper onwel was geworden. De man droeg een gifgroene onderbroek, wat dan weer vreemd was. Iemand die onwel wordt, kleedt zich niet eerst half uit...

Hamish en ik besloten de zaak van wat dichterbij te bekijken. De man lag op zijn buik op een deken of slaapzak, met de capuchon van zijn trui op en zijn armen over zijn hoofd gevouwen. Leefde hij nog? Ik bleef op enige afstand, niet wetend wat te doen. Een verslaafd opschrikken? Een dode vinden? Hamish snuffelde even aan de man en liep verder. Wat betekende dat?

Ik liep weg, maar was er niet gerust op. Na overleg met het thuisfront toch nog een keer gekeken. Lag nu zijn voet anders? Van wat dichterbij zag ik 's mans ribben rustig op en neer gaan. Hij ademde nog. Toch een gekke plek om te gaan liggen. En dan zo half ontkleed, terwijl de temperatuur daar geen aanleiding toe gaf.

Jammer dat ik geen camera bij me had, dacht ik later. Dat beeld van die blote benen en die gifgroene onderbroek waren - nu de toestand onschuldig leek - beslist een foto waard. Dus stapte ik zaterdagmorgen vergezeld van hond en gewapend met verrekijker en camera het bos door. Dit keer geen slapende figuren, wel mooie ochtendmist.

21 maart 2011

Gevonden


















Laatst vond ik op het centraal station in Rotterdam een pasfoto. Er lagen nog drie portretjes op de grond bij de kaartjesautomaten. Ik meende eerst dat het om vier dezelfde fotootjes ging en pakte er een op, als begin van een nieuwe collectie. Maar bij nader inzien weken de andere drie af van deze. Toch heb ik ze niet opgepakt. Jammer, want nu blijf ik me afvragen wie er op de lege plekken hoorde en wat die vier mensen met elkaar gemeen hadden.

20 maart 2011

Loper 2



















Dat was weer eens iets anders, zelf op de foto gezet worden. Het bureau - met dimitri - dat de publiciteitscampagne 'Loop Leeuwarden' vormgeeft, had een geïmproviseerde studio ingericht in de bestuurskamer van atletiekvereniging Lionitas. Ons groepje collega's dat daar op woensdagmiddag altijd traint met Cor de Vries was gevraagd of we ook op de foto wilden. Niet iedereen was te spreken over de foto's, waarop sommige hardlopers bijna afgepeigerd in beeld zijn. Maar een aantal van ons wilde het wel proberen.

Wij hoefden ons niet bovenmatig in te spannen, maar het moest er wel uitzien alsof we net gerend hadden. Dus liepen we een paar rondjes in, tot de fotografen ons riepen. Ik was als tweede aan de beurt. We kregen nauwelijks tijd om te poseren, wat wel een natuurlijk effect gaf. Maar in de eerste sessie stond ik zo gek met mijn armen langs mijn lichaam dat die foto's wat mij betreft niet mee konden.

'Gitte is zelf fotograaf', zei trainer Cor. 'Kom dan nog maar een keer', zeiden de mannen. Weer kreeg ik geen gelegenheid een pose aan te nemen, maar zo erg is dat niet. Gek genoeg kan ik me niet heugen dat ik zo heb gestaan als ik nu vastgelegd ben...

9 maart 2011

Breukeliaans


















(Heleen Dupuis, foto Koos Breukel)

'Mensen interesseren me minder dan de foto's van ze.' Fotograaf Koos Breukel mag graag een beetje provoceren en deed dat afgelopen maandag ook in De Donkere Kamer #3. 'Ik zette me af tegen Ed van der Elsken, wilde meer verstilling', vertelde hij, terugkijkend op zijn beginperiode.

Rond zijn twintigste begon hij met een platencamera te fotograferen. 'Ik geloof niet in het vastleggen van de ziel van de gefotografeerde. Het gaat maar om een moment en wat er dan gebeurt tussen mij en die persoon.' Ontmoeting? Confrontatie?

In de tijd dat hij veel voor het blad Quote werkte was het zijn 'opdracht' de captains of industry boos te maken. Onhandig gedrag, een kop koffie omgooien. Alles mocht, als dat maar een pakkend beeld opleverde en niet de gelikte glimlach. Bij van Eric Albada Jelgersma van Laurus (supermarkten de Spar) werkte dat niet. 'Die man was gewoon te aardig.' Tenslotte legde Breukel maar uit wat de opzet was. 'Toen heeft hij voor mij gespeeld dat hij boos was.'

Ondanks zijn laconieke opmerkingen is Breukel wel degelijk geïnteresseerd in de mensen tegenover hem. 'Ik probeer er wel helemaal in te kruipen.'

Inmiddels is hij van analoog zwartwit overgestapt op digitaal kleur. Twee grote veranderingen in één keer. Een serie portretten van alle Eerste Kamerleden bood hem de gelegenheid de nieuwe techniek goed onder de knie te krijgen.

Via Britta Böhler, met wie hij bevriend is, kwam hij binnen. 'Ik had een klein studiootje gebouwd in de kelder en fotografeerde er eerst zeven.' De mannen deden hem aan zijn vader denken. 'Die is ooit geridderd en had sinds die tijd een bepaalde houding...'

Na publicatie van de eerste zeven portretten volgde de opdracht om alle 75 senatoren te portretteren. De geïmprovisseerde studio verhuisde naar een torentje, drie trappen op. Koos grijnst als hij terugdenkt aan deze situatie. 'Puffend kwamen ze boven.' Opnieuw een situatie waarin het lachen zijn onderwerpen verging. 'En dan deed ik mijn kunstje.'

8 maart 2011

Meer begoocheling













(foto Popel Coumou)

De foto's van Popel Coumou hadden ook in Groningen kunnen hangen. Ze speelt net zo'n bedrieglijk spel met licht en vlakken als de 'photonkunstenaars' die nu in de Noorderlicht Photogallery te zien zijn. De ruimtes die je op haar beelden ziet zijn namelijk helemaal in het platte vlak gemaakt. 'Ik ben meer een schilder', zei ze dan ook gisteren in een toelichting tijdens De Donkere Kamer #3.

Uit gekleurd papier bouwt ze een eigen wereld en door die te belichten voegt ze 'de derde dimensie' toe. Heel verraderlijk, maar ook leuk en verrassend. Geen wonder dat het werk van deze oud-studente van de Rietveld Academie al in de nodige collecties is opgenomen (o.a. van FOAM - fotografiemuseum Amsterdam - en het gemeentemuseum in Den Haag).

Mensen ontbreken op de beelden, maar in haar recente werk heeft ze een grote stap gemaakt. 'Ik ga nu naar buiten.' Nou ja, haar 'buiten' dan, want ook deze zogenaamde buitenruimtes zijn volledig door haar zelf samengesteld.

Coumou was te gast in De Donkere Kamer #3 om te vertellen over haar favoriete camera, maar die kwam nauwelijks aan bod. Het ging om een eenvoudige analoge kleinbeeld spiegelreflexcamera. 'Ik heb hem al elf jaar en zal hem nog wel blijven gebruiken. Al het andere wat ik doe is al zo ingewikkeld, dat het prettig is dat ik aan het einde van de rit eenvoudig op de knop kan drukken.'

7 maart 2011

Taste my photons...














(foto Sabrina Jung)

Het was een druk weekeinde wat openingen betreft. In de Kunsthal in Rotterdam is vanaf zaterdag Vincent Mentzel te zien. In Huis Marseille in Amsterdam opende een expositie van Marrigje de Maar en Bert Teunissen, en in de Noorderlicht galerie in Groningen ging 'Taste my photons...' van start. Technisch bekeken had ik alle drie openingen bij kunnen wonen, maar praktisch was dat niet. Het werd Groningen.

De expositie werd samengesteld door gastcurator Wim Bosch (beeldend kunstenaar en gastdocent aan kunstacademies), die hiertoe was uitgenodigd door directeur Ton Broekhuis met de woorden: 'Jij gaat mij boos maken'. De gemanipuleerde foto's, soms samengesteld uit verzamelingen beelden, kunnen inderdaad ergernis oproepen. Ergernis omdat je niet begrijpt hoe het eindresultaat tot stand kwam, omdat je je ergert aan de soms grove grenzen tussen de onderdelen waaruit het beeld is opgebouwd, of omdat de suggestie van journalistiek efotografie niet blijkt te kloppen. Op de expositie was weinig aan te merken. 'Teleurstellend', was dan ook Broekhuis' gemompelde antwoord op Bosch' speech, waarin hij dat boos maken aanhaalde.

De deelnemers aan de expositie overschrijden de grenzen van de fotografie. Maken ze zelf nog een foto, door een druk op de knop van hun camera? Of stellen ze hun kunst samen achter de computer? Zijn ze in die zin niet meer schilder/kunstenaar dan fotograaf? Een leuk dilemma, vond managing editor Caroline von Courten van FOAM Magazine.

Zelf afgestudeerd op het fenomeen 'onscherpte' complimenteerde ze de deelnemers met hun beelden die (net als onscherpte) uitnodigen tot een trage blik. 'Het zijn stopwoorden in een zin. Als je niet meteen ziet wat je ziet, wat zie je dan?' De kijker wordt geconfronteerd met zijn eigen verwachtingen, moet zich laten vervoeren, de intuïtie krijgt ruimte. Von Courten: 'Er wordt een beroep gedaan op andere zintuigen, daarom is de titel ook passend gekozen.'

6 maart 2011

De Friese Camera














Feedback, intervisie, praatgroep... Het is maar hoe je het noemt, maar afgelopen donderdag is voor het eerst ons nieuwe clubje bij elkaar geweest. Dolph Kessler, Marijke van Ruiten en ik. Helaas moest Titeke Postma dit keer verstek laten gaan, maar dat maakt ze vast de volgende keer goed.

Marijke, Dolph en ik zijn fotografen die graag aan langer lopende projecten werken. Maar soms is dat eenzaam en heb je behoefte aan commentaar van anderen. We besloten de koppen bij elkaar te steken en te zien hoe we elkaar tot steun kunnen zijn met commentaar, tips e.d. We bespraken dit keer van elk van ons het nodige werk.

Van mij kwamen foto's uit mijn serie over de achterban van Cambuur (waaruit bovenstaande foto) aan de orde. Mijn twee collega's drukten me op het hart wel streng te zijn in de selectie. Aanvullende foto's van het stadion, Cambuurspullen en dergelijke juichten ze toe. Kort gezegd: ik ben op de goede weg.

Marijke is dat ook, maar haar weg is lang. Ze begon een paar jaar geleden foto's te maken van plekken waar asielzoekerscentra hadden gestaan. Daarna maakte ze een serie over de laatste bewoners van het azc in Dokkum (ik schreef daar een artikel over in de Leeuwarder Courant en zo leerden we elkaar kennen). Die bewoners volgt ze nog. Twee van hen komen uit Irak, zijn bevriend geraakt en hebben inmiddels als illegalen een woning betrokken. Over hen ging een tweede serie.

Veel vluchtroutes lopen via Istanbul, leerde Marijke, en dus was ze daar net wezen kijken. Een hachelijke onderneming, want niet iedereen vindt het leuk dat daar nieuwsgierige fotografen komen rondneuzen. Al met al heeft ze van haar beelden nog niet veel gepubliceerd, het moet een boek opleveren. Maar dat kan altijd wel, vonden wij. 'Probeer vooral je verhaal in hapklare 'brokjes' te presenteren. Zo trek je de aandacht en wordt het 'jouw' onderwerp. Vergelijk het met Rob Hornstra en het Sochi Project. Leg er een claim op, eis je deskundigheid op', was ons advies.

Dolph was net terug van een (groeps)vakantie in Mali. 'Je komt er geregeld groepen kinderen tegen', vertelde hij. Hij wilde hen niet als groep, maar als individu portretteren en ging aan de slag. Maar omdat het fotograferen moest gebeuren op het moment dat hij (toevallig) ergens passeerde, waren het licht en de omstandigheden niet overal gelijk. Dat maakte dat sommige foto's uit de serie vielen.

Onze tips: kies het licht dat je het mooist vind en zorg dat je op dat tijdstip van de dag je portretten schiet. Zorg voor een rustige achtergrond, zodat vooral de hoofden niet 'aan bomen of iets anders vastzitten'. Houd vast aan een bepaalde uitsnede, en wissel je toch af, doe dat dan een paar keer op eenzelfde manier. Anders zit je met een eenling in je serie en die valt uit de toon. Drie mediumshots tussen allemaal totalen bijvoorbeeld, kan dan weer wel.

Dat en nog meer kwam ter sprake. Pas na middernacht doekten we op. Een volgende afspraak staat gepland, plus de toezegging dat een van ons ook de anderen mag oproepen voor een sessie die volledig aan hem of haar gewijd is, in geval van deadlines. Eigenlijk moesten we ook een naam hebben, bedachten we. En op voorstel van Dolph werd dat 'De Friese Camera'. U hoort nog van ons!