17 oktober 2011

Geur















(foto Lyde de Graaf)

Op een warme zomerdag ruik je ze. Het hout dat lijkt uit te drogen in de zon, het wat muffige interieur waar vocht blijft hangen, en de kleur die afbladdert en vervaagt tot grijs. Pas geverfd ruiken ze nog lekkerder, die schuurtjes in het veld van het oosten van het land, zwart van de carbolineum. Of carboleum, zoals ik het me herinner.

Kleine schuurtjes, soms vervallen. Fotograaf Lyde de Graaf reisde twee jaar door de regio en fotografeerde ze. Op initiatief van Boekhandel Lovink uit Lochem kwam er een boekje van, vormgegeven door Roelof Wullink (144 pag, 210 x 160 mm, €15). 'De geur van carbolineum; boerenschuren op erf en land' heet het. Tussen de vele voorbeelden (een beetje te veel naar mijn smaak) staan acht zkv's (zeer korte verhalen) van A.L. Snijders.

De schuurtjes dreigen te verdwijnen, want het platteland moet mee in de stroom van vitalisering, modernisering en schaalvergroting. Terwijl er zoveel schoonheid schuilt in die scheve planken, dat niet passende kozijn of het oude glas met spinnenweb. Je voelt het onheil naderen in het gedicht van Willem Wilmink, die als geen ander de nostalgie verwoordt:

'Je ziet een woning of een oude schuur,
maar die zijn zozeer één met de natuur
alsof ze niet gemaakt zijn, maar gegroeid,
alsof geen mens zich daarmee heeft bemoeid.'

10 oktober 2011

Op straat


















(foto Vivian Maier/Maloof Collection)


Het leven van Vivian Maier is een groot mysterie. En waarom ze haar duizenden foto's, films en geluidsopnames altijd voor zichzelf heeft gehouden is een raadsel. Dankzij John Maloof kan het publiek toch genieten van haar straatfotografie, die zich kan meten met de groten in dit genre: Henri Cartier Bresson of Andre Kertesz.

In 2007 kwam het werk van Maier aan het licht, toen een groot deel van haar werk in een lokale veiling te koop werd aangeboden. Ze had een betalingsachterstand voor de kluis die ze huurde, en honderden filmrolletjes die daarin lagen werden geveild. John Maloof kocht de foto's en was overweldigd door de kwaliteit ervan.

Maloof wilde eerst alleen de foto's laten zien op een website, maar daar bleef het niet bij. Al snel groeide het archief uit tot zijn levenswerk. Hij verzamelde tot nu toe tussen de 100.000 en 150.000 negatieven, 3000 prints, honderden rolletjes film, videobeelden, geluidsopnames en andere voorwerpen van Maier. Ruw geschat zo'n 90 procent van haar werk.

Maier hield haar fotografie haar leven lang voor zichzelf. Ze was een dochter van een Franse moeder en een Hongaarse vader en werd geboren in de Bronx, in New York. In gemeentearchieven valt terug te vinden dat ze als vierjarige samenwoonde met haar moeder en Jeanne Bertrand, destijds een vooraanstaand portretfotografe. Haar vader was toen al uit beeld.

Latere archieven laten zien dat ze in 1939 met haar moeder vanuit Frankrijk terugkeerde in de Verenigde Staten. En nogeens in 1951, maar dan alleen. Ergens in 1949 – nog in Frankrijk - pakte ze voor het eerst een camera op, een Kodak Brownie. Maar vlak na haar terugkeer in Amerika kocht ze een dure Rolleiflex.

Het leven op straat had haar grote interesse, waarbij ze vooral oog had voor minderbedeelden. Ze reisde naar het Midden-Oosten, Zuid-Amerika en Azië. Alleen, en ook daar fotografeerde ze vaak de lagere klassen van de maatschappij. Omgekeerd legde ze in eigen land het leven van ethnische groepen vast, zoals Joegoslavische emigranten die rouwden om hun tsaar of Polen die in het Milford Theater de Cinema Polski bezochten.

In 1956 werd ze kindermeisje van de drie zoons van de familie Gensburg, waarvoor ze naar Chicago verhuisde. Bij hen had ze de luxe van een eigen badkamer, waarin ze haar zwartwit rolletjes kon ontwikkelen en prints kon afdrukken.

Voor de jongens was ze een soort Mary Poppins; excentriek, sterk en trots. Gekleed in een lange jas, slappe hoed en mannenschoenen, waarop ze in haar vrije tijd stevig de pas erin zette.

Zelf zei ze Engels te hebben geleerd uit toneelstukken en in het theater. Maar niets was zo'n schouwtoneel als de straat zelf. Voor haar lens kwamen theaterbezoekers, schoonmakers, zwervers en slapende taxichauffeurs. Haar oog viel op bijzondere schaduwen en lichtval, ze registreerde de afbraak van historische panden en Chicago's ‘hotspots'.

Aan het zelf ontwikkelen en printen van haar foto's kwam een einde toen de jongens volwassen waren en zij de Gensburgs verliet. Financieel ging het daarna bergafwaarts met Maier en ze kon de ontwikkelkosten voor de kleurenfilms die ze in de jaren tachtig gebruikte, niet meer betalen. Daarom sloeg ze ze op. Het kwam zelfs zover dat ze ook geen film meer kon aanschaffen en haar camera's moest laten liggen.

De Gensburgs bleven de meest naaste familie die ze had. Eenmaal oud en dakloos, kochten de jongens een appartementje voor haar. Ze konden echter niet voorkomen dat ze in de winter van 2008 uitgleed op een stuk ijs en haar hoofd verwondde. Haar gezondheid liep daarna snel achteruit en ze overleed in april 2009.

Werk van Vivian Maier was te zien tijdens de Noorderlicht Fotomanifestatie in Groningen.

1 oktober 2011

Smartlappenzangeres


















Dit is de meest recente aflevering van de rubriek watkostdat: smartlappenzangeres Trienke Hoogenberg uit Leeuwarden. Een vrolijk mens, wat in de zaterdagbijlage van de Leeuwarder Courant zal blijken.

Trienke zingt al zolang ze zich kan heugen. Eerst bij de Trochsetters in Froubuurt en daarna met Sido Martens, de gebroeders Klaas en Harm Kasma (Straatmadelieven, en het Orkest voor Zieken en Zeevarenden), het Leeuwarder Smartlappenkoor onder leiding van Jildou Talman en met vriendin Mariska.

Vandaag (zaterdag 1 oktober) staat ze met Mariska in Stiens, tijdens de wandeltocht Bewegen voor Overleven. 'Bij de vrijwilligers met de soep.'